Het woordenboek van de Griekse Gids
A | B | C | D | E | F |
G | H | I | J | K | L |
M | N | O | P | R | S |
T | U | V | X | Y | Z |
Narcisme:Ziekelijke bewondering voor zichzelf hebben, verliefdheid in het eigen lichaam (naar Narcissus).
Narcose: Algemene verdoving. Een toestand waarin het pijngevoel en soms ook het bewustzijn zijn uitgeschakeld.
Nautiek: Zeevaartkunde.
Nectar: Drank van de Griekse goden die onsterfelijk maakt (Zie ook ambrosia).
Neo: Nieuw.
Neurologie: Kennis van het zenuwstelsel en de daarmee verbonden ziekten.
Neurose: Geestelijke aandoening die zich kan uiten in lichamelijke verschijnselen.
Nike:Griekse godin van de overwinning. Ze heeft de beroemdste tempel op de Acropolis.
Nymfomanie: Ziekelijk opgedreven vrouwelijke geslachtsdrift.